woensdag 30 november 2011

Geen bloeiende pizzavelden in Amerika


Op 16 november werd in het Nederlandse nieuws vermeld dat de Verenigde Staten van Amerika besloten hebben dat pizza een groente is. Onderzoek leert dat het toch net even anders is: Het congres wees het voorstel van de USDA, de Amerikaanse equivalent van het Voedingscentrum, af om meer groenten in de schoolmaaltijden aan te bieden, vanwege de kosten. De bestaande minimale eis blijft gehandhaafd, waardoor een beetje tomatenpuree op de pizza ervoor zorgt dat pizza als een volwaardig lunchgerecht wordt gezien. Dit is niet het gevolg van vernieuwde inzichten, maar het resultaat van een sterke lobby van de industrie.

Wat staat er in het USDA voorstel?
Het United States Departement of Argiculture (USDA) wil dat de schoolmaaltijden voor de kinderen minder verzadigd vet, bewerkte graanproducten en zout bevatten, maar dat er meer groente in de gerechten wordt verwerkt. Het USDA is de Amerikaanse collega-organisatie van het Voedingscentrum. Het USDA adviseerde aan de overheid om bij het schoolontbijt een halve portie en bij de lunch een hele portie fruit erbij te doen. En voor het eerst is er geadviseerd  om vaker groene en oranje groenten en peulvruchten op het menu te zetten en wat minder vaak zetmeelrijke groenten zoals doperwten en maïs aan te bieden.
Verder dient de helft van de graanproducten te bestaan uit volkorenproducten, terwijl er nu alleen bewerkte graanproducten worden gebruikt. Voor de melkproducten geldt dat halfvolle en magere melkproducten de voorkeur hebben.
Meer over de huidige en de gewenste aanbevelingen is te vinden vanaf pagina 7 van het adviesrapport van de USDA.

Wat is het voorstel van het congres
In het congresvoorstel wordt niet ingegaan op de argumentatie van de USDA. Sterker nog: de woorden “vegetable(s)”, “nutrition” en “food” komen in het 440 pagina’s dikke congresvoorstel respectievelijk 2, 29 en 95 keer voor, terwijl deze termen in het 78-bladzijden tellende rapport van de USDA 178, 233 en 805 keer worden genoemd.
Het advies van de USDA wordt niet opgevolgd, omdat de overheid dat te duur vindt. Het doorvoeren van de verbeteringen zou een aanslag betekenen op het voedingsbudget van scholen en dus op dat van overheid en burgers, doordat het geld ergens vandaan gehaald moet worden… 
Er wordt niet ingegaan dat het opvolgen van het advies tot een afname van overgewicht en de gevolgen daarvan zou kunnen leiden. En er wordt niet bedacht dat dit tot een kostenbesparing op langere termijn zou kunnen leiden…

Brief van senatoren
Voordat het adviesrapport werd besproken ontving het Ministerie van Landbouw een brief van negen senatoren die pleiten om vooral niets te wijzigen aan de aanbevelingen voor groente, omdat kinderen anders gedwongen worden om groente te eten die ze niet lusten. Ze veronderstellen dat veel van de groentes die aangeraden worden in de vuilnisbakken zullen belanden. Ze geven aan dat de hoeveelheden aardappelen kunnen worden gehandhaafd, ‘als ze gebakken worden in plaats van gefrituurd’ en ‘als er een beetje broccoli aan toegevoegd wordt als versiering levert het een grote bijdrage aan kalium en voedingsvezel.’
Is hier sprake van gebrek aan kennis over gezonde (op)voeding, of...???

Invloed industrie?
In een bericht van de Associated Press wordt opgemerkt dat de producenten van ingevroren pizza’s, de zoutindustrie en de aardappeltelers een sterke lobby hebben in het Amerikaans Congres, waardoor de voorstellen van het USDA geblokkeerd worden.
Ook Walter Willet gaf al eerder aan dat de invloed van de agrarische en voedingsindustrie op ontwikkeling van de aanbevelingen te groot is. Op 16 september riep Mr. Olivier De Schutter (expert op het gebied van de mensenrechten bij de Verenigde Naties) de wereldleiders op om de productie van ongezonde voedingsmiddelen aan banden te leggen, maar kennelijk wegen financiële belangen ook in de VS zwaarder dan welzijn en gezondheid.

Moraal van dit verhaal
Geld maakt overheden en industrie kortzichtig en dat kan remmend werken om gezond voedingsbeleid uit te voeren.
Wie pizza als groente ziet, gelooft wellicht ook in bloeiende pizzavelden. Maar helaas, ook in de VS zijn tot op heden geen bloeiende pizzavelden ontdekt, terwijl de VS al lang geleden helemaal in kaart is gebracht. En dat beetje tomatenpuree op de pizza is bij lange na niet voldoende om aan de aanbevolen hoeveelheden voor groente te voldoen.
Hoewel de overheid in de VS weet dat obesitas bij kinderen steeds vaker voorkomt, blijven ze een korte termijn visie hanteren. Men realiseert zich kennelijk niet dat je met  gezonde (op)voeding niet vroeg genoeg kunt beginnen.
En last but not least: Check het nieuws bij de bron. Geruchten planten zich doorgaans sneller voort dan dat ze bestreden (kunnen) worden. Bovendien gedragen ze zich als onkruid: ze komen steeds weer terug ;-).
Voor de lezers die het verschil tussen een pizza en groente niet begrijpen is er een speciaal voorlichtingsfilmpje gemaakt.  

vrijdag 25 november 2011

Als het kalf verdronken is…


Soms brengt nieuws over voedingsbeleid verwarring. Dat ligt niet aan u en ook niet aan mij. In deze bijdrage vindt u een bloemlezing van de afgelopen maand: Consumenten willen meer en duidelijke informatie over voeding; deelnemers aan Obese zijn blij dat ze nog vijf jaar begeleid worden; het Platform Overgewicht Nederland, het Platform Vitale Vaten en de Nederlandse Diabetes Federatie gaan samenwerken voor een betere organisatie van de zorg; Minister Schippers opent een obesitaspoli in het Slotervaartziekenhuis; de Tweede Kamer schrapt de vergoeding voor de diëtist uit het basispakket en het Landelijk Informatiecentrum Paramedische Zorg ziet dat Nederlanders met overgewicht vaak al meerdere ziekten hebben als ze bij de diëtist komen.

Meer informatie over gezond eten gewenst
Uit een onderzoek dat het Voedingscentrum op 15 november op hun website presenteerde blijkt dat 41% van de ondervraagden gezonder wil eten, maar 43% vindt het moeilijk om dat te realiseren. Meer dan de helft van de deelnemers wil meer  informatie over gezond eten en vindt ook dat winkels meer gezonde producten moeten aanbieden. Drie van de vier consumenten vindt dat kant-en-klaarproducten minder zout moeten bevatten. Het programma Kassa liet op 19 november zien dat dit ook voor restaurants geldt. Daarnaast willen de deelnemers minder suiker en vet in levensmiddelen.
Twee van de drie ondervraagden is bereid om meer te betalen voor gezonde producten, maar dat moeten ze wel duidelijk herkend kunnen worden als ‘gezond’… 

Deelnemers Obese blij met steun
Op 12 november was in de laatste aflevering van het programma “Obese” te zien dat de deelnemers blij zijn dat ze de komende vijf jaar nog begeleid worden door de Nederlandse Obesitas Kliniek. In dit programma werd al eerder duidelijk dat steun van de directe omgeving nodig is om een goed resultaat te bereiken en te behouden. 
Helaas is multidisciplinaire begeleiding voor de meeste mensen met obesitas nu niet haalbaar, vanwege de huidige inzet van financiële middelen voor de gezondheidszorg…

Gezamenlijke aanpak obesitas, diabetes en hart- en vaatziekten
Op Wereld Diabetes Dag (14 november) hebben het Platform Overgewicht Nederland, het Platform Vitale Vaten en de Nederlandse Diabetes Federatie een convenant getekend om de zorg voor mensen met diabetes, hart- en vaatziekten en overgewicht beter te organiseren. Ook preventieve activiteiten worden gezamenlijk opgezet om deze aandoeningen sneller op te sporen, te herkennen en te behandelen. Daarnaast dient deze zorg optimaal, in zijn geheel te worden bekostigd en te worden ingekocht.
Het betreft hier een doelgroep van vier miljoen mensen in Nederland. Dat is een kwart van de Nederlandse bevolking!

Obesitaspoli Slotervaartziekenhuis geopend
Op 1 november opende Minister Schippers de nieuwe obesitaspoli van het Slotervaartziekenhuis te Amsterdam. Hier worden mensen behandeld met extreem overgewicht door middel van operaties, zoals een maagverkleining, een maagband, etc. Meer informatie over de diverse operatietechnieken is te lezen bij bariatrische chirurgie. De operatie wordt door elke zorgverzekeraar vergoed. De patiënt hoeft geen machtiging aan te vragen zo staat te lezen op de website te lezen.
In Zorgvisie vertelt de minister dat ze de obesitaspoli een mooi voorbeeld vindt van krachtenbundeling die goed is voor de patiënt…

Diëtist uit het basispakket 2012
Afgelopen weken werd bekend dat de vergoeding voor de di
ëtist uit het basispakket 2012 van de zorgverzekering verdwijnt. Sommige verzekeraars hebben de vergoeding voor vier uur nog wel in het (duurste) aanvullende pakket opgenomen.

Te laat naar de diëtist
Het Landelijk Informatiecentrum Paramedische Zorg constateert dat Nederlanders vaak laat bij de diëtist terecht komen voor begeleiding bijovergewicht. Vaak is er al sprake  van meerdere gezondheidsproblemen. Onderzoeker Ilse Swinkels zegt hierover het volgende:
‘Als mensen in een eerder stadium behandeld worden, als er dus nog geen sprake is van ernstig overgewicht, verhoogt dat de kans van slagen van de behandeling. Bovendien wordt de kans op dergelijke chronische aandoeningen kleiner. Een gewichtsverlies van 5 tot 10% levert al een duidelijke gezondheidswinst op.’
Vroege herkenning en behandeling bespaart een hoop leed en leidt op de lange duur tot een kostenbesparing in de zorg.

Moraal van het verhaal
Als het kalf verdronken is dempt men de put, ofwel de overheid biedt pas hulp bij ernstige gezondheidsschade door overgewicht. Steeds meer Nederlanders willen meer en helder informatie over gezonde voeding en mensen met voedingsproblemen willen meer  begeleiding, maar de overheid trekt zich steeds meer terug. Het zou Minister Schippers sieren als ze de keuze voor een gezonde voeding gemakkelijker maakt (zie ook logodoolhof) en de zorg voor mensen met voedingsproblemen in de eerste lijn toegankelijk houdt. Op die manier hebben mensen een optimale keuzevrijheid en dat is ook nodig voor de mensen met lagere inkomens. Vooral deze laatste groep heeft de meeste problemen op voedingsgebied. Voorkomen is beter én goedkoper dan behandelen! Preventiewerkers, diëtisten en voedingskundigen genoeg! Nu de politiek nog: Geld is wel beschikbaar, als men maar wil… 

vrijdag 18 november 2011

Logodoolhof


Het vertrouwen in logo’s op voeding daalt, zo blijkt uit onderzoek van Market Response. Van de 500 ondervraagden gaf slechts 30% aan dat ze vertrouwen hebben in de keurmerken, terwijl dit vorig jaar nog 43% was. Consumenten hebben behoefte aan meer, maar dan wel heldere en betrouwbare informatie.
Tegenwoordig zijn er verschillende keurmerken in omloop, zoals “Ik kies bewust” “Ik kies gezond”, logo’s voor eerlijke handel, milieu, dierenwelzijn, etc. etc.
De consument die een bewuste keuze wil maken voor voedingsmiddelen die aan de verschillende eisen voldoen is zo langzamerhand in een logodoolhof beland.
Wie heeft of neemt de regie over de verschillende logo’s?

“Ik kies bewust” en het “Gezonde klavertje”
Het initiatief voor de invoer van het “Ik kies bewust”-logo kwam uit de industrie en niet van de overheid. Het werd ondersteund door Unilever, Friesland Foods en Campina. Inmiddels zijn er meer dan honderd bedrijven bij dit logo aangesloten en is het keurmerk op tal van producten terug te vinden. Voedingsmiddelen die dit logo willen voeren moeten aan een aantal criteria, die afgestemd zijn op de productgroep, voldoen. Daarnaast heeft Albert Heijn het “Gezonde klavertje” als logo voor een gezonde keuze.

Van twee gezondheidslogo’s naar “Het vinkje”
Onlangs zijn de logo’s “Ik kies bewust” en “Gezonde klavertje” van Albert Heijn na een zorgvuldig proces van harmonisatie en evaluatie van criteria samengevoegd tot “Ik kies gezond”. Vanaf maart 2013 zal er met één logo worden gewerkt, namelijk  “Het vinkje”. Het groene vinkje zal op de betere basisvoedingsmiddelen te vinden zijn, zoals brood, melk, groenten en fruit. Het blauwe vinkje is voor de “betere producten” uit de productgroepen die niet tot de basisvoeding behoren zoals sauzen en snacks. De criteria zijn nog altijd opgesteld door de industrie en niet door de overheid…
En dit is dan nog steeds niet het enige keurmerk.

Logo’s voor maatschappelijk bewustzijn een doolhof
Naast keurmerken voor gezonde voedingskeuzes zijn er ook logo’s voor  producten die voldoen aan criteria van dierenwelzijn, milieu of eerlijke handel. De logo’s zijn voor de consument niet meer duidelijk, want wie denkt dat gemakkelijk kiezen een eitje is, komt bedrogen uit: voor een ei zijn er zeven etiketten beschikbaar. Als je het varkentje snel wilt wassen tref je ook zeven keurmerken aan en als een kip zonder kop sta je bij het hennetje of haantje uit vier logo’s te kiezen. En ook bij het rund wordt met logo’s gestunt. Een overzicht van al deze keurmerken is hier te vinden.
Maar alle gekheid op een stokje: met al die etiketjes wordt het er niet duidelijker op voor de consument.

De consument en logo’s
Maar liefst 75% van de ondervraagden weet niet wat de verschillende keurmerken betekenen, terwijl dit vorig jaar door 54% werd opgemerkt. 85% van de consumenten vindt het goed dat er logo’s worden gebruikt. 65% vindt dat de keurmerken dit jaar meer op elkaar lijken terwijl vorig jaar 41% van de ondervraagden die mening was toegedaan. 
De verwarring over logo’s bij de consument neemt toe en de voedingskundige is er ook niet gelukkig mee.
Maar wat doet de overheid?

Advies Gezondheidsraad
In december 2008 heeft de Gezondheidsraad, het adviesorgaan van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS), aangegeven dat de logocriteria voor de gezonde keuze onvoldoende aansluiten bij de Richtlijnen Goede Voeding. Dit geldt ook voor het zogenaamde GDA-etiket. In het GDA-logo wordt weergegeven in hoeverre een portie van een voedingsmiddel voldoet aan de aanbevolen hoeveelheid voor dagelijkse inname van verschillende voedingsstoffen. 
De voedingswetenschapper Daan Kromhout, die ook voorzitter was van de commissie die het onderzoek over de logo’s voor de Gezondheidsraad in 2008 heeft geleid, gaf bij de presentatie van het rapport de volgende aanbevelingen: de Richtlijnen Goede Voeding moeten transparanter worden ontwikkeld, de criteria voor de  logo’s dienen aangescherpt te worden en het GDA-keurmerk moet eenvoudiger.

Reactie Minister VWS
In september 2009 gaf de heer Klink, toen minister van VWS, in een reactie op dit advies aan dat er één logo moet worden ingevoerd voor gezonde voeding. Hij zegt in een brief aan de Tweede kamer “erop te vertrouwen dat de betrokken partijen zullen komen tot een gemeenschappelijke set van criteria op basis waarvan de logo’s op producten gevoerd mogen worden”. Hij verwachtte dat er in januari 2011 één logo voor gezonde voeding in gebruik kan worden genomen.

En nu?
We schrijven nu nog november 2011, maar ik heb dat duidelijke logo nog niet gevonden. Als een van mijn lezers dat al wel gesignaleerd heeft, wil ik hier graag over geïnformeerd worden. Ik zal op mijn beurt dan ook de redactie van Voeding Nu hierover berichten, omdat zij hier zeker over willen publiceren, aangezien ook zij hun ongerustheid over de verwarring rond keurmerken op voeding hebben aangegeven. Voor mijn contactgegevens klik hier.

donderdag 10 november 2011

Dure dieetpillen

Op 8 november werd bekend dat de voetballer Kolo Touré van Manchester United de komende zes weken geen salaris ontvangt van zijn werkgever, omdat hij in maart 2011 positief testte op een verboden stof die afkomstig was uit een dieetpil. Hij kreeg hiervoor door de Engelse voetbalbond (FA) al een schorsing van zes maanden opgelegd.
Dat is voor hem dus een dure pil geweest.
Sporters en andere consumenten betalen een hoge prijs voor dieetpillen en het resultaat van deze middelen is bedroevend terwijl er een beter, meer duurzaam alternatief is.
Sporters let op je medicijnen en supplementenSporters die in aanmerking kunnen komen voor dopingcontroles dienen altijd te controleren of hun medicijnen op de lijst van toegestane geneesmiddelen staan. Is dat niet het geval dan dient de sporter na te gaan of het nodig is om een dispensatie aan te vragen.
Ook fatburners en stackers (een combinatie van meerdere stoffen om af te vallen) kunnen verboden stoffen bevatten. Fatburners en stackers zijn voedingssupplementen. Voor (top)sporters is het raadzaam om alleen voedingssupplementen te gebruiken die  voldoen aan het Nederlands Zekerheidssysteem Voedingssupplementen Topsport.

Legaal maar met onaangename bijwerkingenEr zijn veel vermageringsmiddelen in de handel, maar in Nederland zijn alleen Xenical® en Alli®, met de werkzame stof orlistat, als (legaal) medicijn geregistreerd.  Xenical® bevat 120 mg orlistat en is alleen op doktersvoorschrift verkrijgbaar en wordt pas geadviseerd bij een body mass index (gewicht (kg)/lengte2 (m)) van 30 of hoger. Alli® bevat 60 mg orlistat en kan zonder recept bij de apotheek worden gekocht. Beide middelen hebben wel als nadeel dat je last kunt krijgen van winderigheid en incontinentie van ontlasting als je te vet eet.
Onderzoek wijst uit dat wanneer je minder eet (energiebeperkt, ofwel een hypocalorisch dieet) en meer gaat bewegen evenveel wichtsverlies kunt bereiken als met orlistat.
Dan toch maar plantaardige middelen?
Plantaardig niet altijd onschuldigOok hier wordt vaak meer beloofd dan waar gemaakt. Je valt voornamelijk af in je  portemonnee. En als het wel werkt kan het schadelijk zijn. Zo bleek efedrine een risico te geven op hartinfarcten, beroerten en psychoses. Daarom is het sinds 1 april 2004 verboden om efedrine in voedingssupplementen te verwerken. Efedrine is afgeleid van het plantaardige efedra. Beide stoffen staan op de dopinglijst bij de categorie stimulantia. Efedrine werd in stackers en fatburners al snel vervangen door synefrine, dat verkregen wordt uit bitter orange. Maar synefrine wordt ook verder onderzocht op veiligheid, omdat hier ook meldingen zijn van hartlijden.
Blijf van de geraniums af!Geranamine, ook wel bekend als methylhexanamine, methylhexaneamine, 4-methylhexan-2-amine, 2-amino-4-methylhexaan, 1,3-dimethylamylamine of DMMA komt voor in geraniumolie en wordt in het buitenland gebruikt in antiverkoudheidsmiddelen.
Tegenwoordig wordt het ook gebruikt als vetverbrander, in voedingssupplementen voor sporters en het wordt in partypillen verwerkt. Van geranamine zijn serieuze bijwerkingen gerapporteerd zoals hoofdpijn, misselijkheid en zelfs beroerte. In Nederland hebben de Voedsel en Warenautoriteit en de Inspectie van Gezondheidszorg nog niet bepaald wat de status is van deze stof.
De Dopingautoriteit besloot alvast om fitnessers en topsporters voor geranamine te waarschuwen.
Geranamine is dopingGeranamine staat op de dopinglijst en zowel vorig jaar als dit jaar zijn er sporters in Nederland positief getest op deze stof. De Dopingautoriteit waarschuwt topsporters dan ook om deze stof dus te mijden en alleen gebruik te maken van voedingssupplementen die op de lijst staan van het Nederlands Zekerheidssysteem Voedingssupplementen Topsport.  Een positieve dopingtest kan leiden tot een schorsing van twee jaar.
Over dure dieetpillen gesprokken…
Wat kan dan wel?Het beste en meest duurzame resultaat is te bereiken door voldoende en gevarieerd te eten. Dan heb je de basisproducten al binnen.
Zorg voor 30 minuten beweging per dag en voor de fitnorm is het aan te raden om drie keer per week twintig minuten intensieve activiteiten in te bouwen, bijvoorbeel stevig doorfietsen, wandelen in een vlot tempo of joggen. Als je af wilt vallen is het raadzaam om minstens een uur per dag in beweging te zijn.  
Tot slotDe Minister van Volksgezondheid Welzijn en Sport (VWS) houdt niet van betutteling. Daarom nog even een uitleg over de vorige alinea. Het betreft hier geen betutteling, maar een advies en een advies kun je doen, je kunt het laten en in sommige gevallen kun je het laten doen…
Verder geldt voor bewegen dat het goed is voor je immuunsysteem, het kan helpen om depressies aan te pakken, het helpt om te ontspannen en tijdens het lopen/fietsen of andere activiteit kunnen creatieve ideeën ontstaan
J.

woensdag 2 november 2011

Gerucht met een luchtje

“Vitamine weg uit groenten”, zo kopte een Nederlands dagblad op 16 april 2008. Dat is al wel enige tijd geleden, maar het bericht duikt steeds weer op via internet en andere media. In het proefschrift wat de aanleiding was voor dit bericht werd echter niets over het vitaminegehalte van groenten vermeld. Sterker nog: het woord “groente” kwam niet eens in het onderzoek voor!!!
Het klopt dat het gehalte van vitamines en mineralen in groenten varieert, maar dat is een normale eigenschap van natuurlijke producten. De voedingswaarde van groente is de laatste decennia niet verslechterd, zoals sommige bronnen ons willen laten geloven.
Voedingsstoffeninname Nederlandse bevolking
Uit de laatste Voedselconsumptiepeiling blijkt dat vrouwen met een kinderwens en zwangere vrouwen te weinig ijzer en foliumzuur innemen. Ouderen gebruiken te weinig vitamine D en adolescenten krijgen te weinig kalk binnen. Ook heeft een deel van de Nederlanders een te lage inname van vitamine A, B1, C en E, magnesium, kalium en zink, maar het is nog niet duidelijk welke gezondheidseffecten dat geeft op bevolkingsniveau.
De lage inname van deze voedingsstoffen wordt veroorzaakt doordat er te weinig groente, fruit en vis wordt gegeten en niet door een te lage voedingswaarde van groente.
De bodem
In de bibliotheken van het Rijks Instituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) en het Landbouw Economisch Instituut (LEI) zijn geen rapporten te vinden die op een laag mineralengehalte van de bodem wijzen, terwijl deze instellingen regelmatig bodemmonsters nemen om de vruchtbaarheid van de grond te bepalen. Bovendien kent Nederland een bemestingsbeleid, waarbij mineralen worden toegepast in een verhouding die afgestemd is op het bodemtype. Als de grond niet voldoende bemest zou zijn, zouden de Nederlandse akkers al lang geen opbrengst van groente en andere gewassen hebben.
Wat staat er in het proefschrift?
Marian Stuiver, de schrijfster van het proefschrift dat de aanleiding vormde voor het krantenbericht, legt uit dat alle ammoniak uit koeienmest in de bodem terechtkomt, doordat de mest in de grond wordt geïnjecteerd en dat gaat ten koste van allerlei bodemorganismen. Het injecteren van mest is in 1993 ingevoerd om de ammoniakuitstoot en de bijbehorende geuroverlast tegen te gaan.    
Enkele biologische boeren die aan het onderzoek van Stuiver meewerkten opperden dat de kwaliteit van de mest verbeterd kan worden door het melkvee een eiwitarme en vezelrijke voeding te geven. Hierdoor neemt het ammoniakgehalte van de mest af en er zijn aanwijzingen dat dit tot een lagere ammoniakuitstoot leidt. Dit heeft op zijn beurt weer tot gevolg dat de bodemfauna beter in stand gehouden wordt, maar dan moet de overheid wel ruimte bieden om mest op- in plaats van in de grond aan te brengen.
Omdat er geen aanwijzingen zijn dat mestinjecties grote invloed hebben op het mineralengehalte van het gewas, is dat niet door Stuiver onderzocht.
Gerucht leidt eigen leven
In het bewuste krantenbericht wordt gesteld dat het vitamine- en  mineralengehalte in groenten die op de volle grond worden geteeld fors afneemt. Volgens de geïnterviewden wordt dat veroorzaakt doordat mest in de grond wordt geïnjecteerd in plaats van uitgereden, zoals dat vroeger gebeurde.
Voor de afname van het vitamine en mineralengehalte in groenten wordt verwezen naar een rapport uit 1995 van de Stichting Orthomoleculaire Educatie. Verkopers van voedingssupplementen verwijzen ook vaak naar analyses van een laboratorium in Duitsland, maar in Pubmed, een databank voor wetenschappelijke publicaties, zijn geen artikelen te vinden waarin de bevindingen van het Duitse laboratorium worden bevestigd. Toch komt dit broodje-aapverhaal regelmatig terug op verschillende internetsites en verkopers van voedingssupplementen maken er dankbaar gebruik van om hun dure waar aan de man/vrouw te brengen. Ze verwijzen hierbij vaak alleen naar het krantenbericht, zonder verder onderzoek te doen naar meer recente onderzoeksgegevens.   
Hoewel de Universiteit van Wageningen Universiteit op 24 april 2008 in een persbericht verklaarde dat mestinjecties niet tot een achteruitgang in kwaliteit van groente leiden was het kwaad al geschied.
Moraal van dit verhaal
Geruchten blijven zich verspreiden als onkruid. Mensen die zich hierop baseren, brengen geen wetenschappelijke onderbouwing mee, maar spelen in op angst.
Ga altijd na waarop een verkoper (van voedingssupplementen) zich baseert, wat is zijn of haar opleiding en (werk)ervaring en vraag eventueel naar achtergrondinformatie van het verkooppraatje. Als de verkoper daar niet over beschikt is het verstandiger om eerst navraag te doen bij een echte deskundige, bijvoorbeeld een diëtist of een arts, of het voor jou verstandig is om voedingssupplementen te gebruiken. En voor topsporters geldt: Let op dat je NZVT-goedgekeurde supplementen gebruikt.
Qua voeding blijft het raadzaam om voldoende groente en fruit te gebruiken en de inname mag best hoger zijn dan 200 g groente en 200 g fruit.
Zie ook mijn eerdere blog van 7 oktober.